Welkom op het weblog van John, Chantal en de kids in Noorwegen

woensdag 10 juni 2009

Wie emigreert, moet keuzes maken.

Wie emigreert, moet kiezen.
Je kiest een land, een regio en uiteindelijk een stad,dorpje of gehucht..
Met een wensen- en eisenlijstje in onze hand, hebben we zo aardig wat van zuid-Noorwegen gezien voordat we er gingen wonen. In de top drie stond het woord "muggen"...Met het grootste gemak kunnen zij een heel gezin de hele nacht bezig houden met zoek en opruim acties.

Neem van me aan : oud-woonbootbewoners weten waar ze over praten. Het is natuurlijk niet zo dat ze er de hele dag met een soort Koningin Beatrix-achtige hoed op rond lopen. Zo’n hoed van minstens 60 cm doorsnee, met in het midden een bolletje voor het hoofd en met aan de rand wat muggengaas bevestigd, maar dan tot aan de grond. Nee, zo erg is het niet, maar klamboes en horren hebben ze overal.

Onze eerste blik over de Vegår gaf ons een heel vredig en idyllisch beeld. Maar we waren op onze hoede, want achter uiterlijke schoonheid kan zomaar ineens een muggennachtmerrie schuilgaan. Dus namen we het meer tegen de avond en met windstilte nog een keer stevig onder de loep. Iets waar wij met een lang kampeerweekend in Drenthe ergens (vennengebied) volledig aan voorbij gingen. Ik rook niet, maar toen de avond aldaar eenmaal in de lucht hing, pafte ik acuut en tevergeefs de ene sigaar na de andere weg. Het muggengaas van de vouwwagen moest hulpeloos toezien hoe massa’s knutjes (kleine muggetjes) zich gewoon door de gaatjes heen boorden om zich aan Luke en Sanne te goed te doen. Deze kampeerervaring was dan ook gelijk de laatste.

Pas nadat we rond de Vegår een knutdichtsheidscoëfficiënt van minder of gelijk aan 0,0 hadden geconstateerd, hebben we de knoop doorgehakt. In het najaar betrokken we ons huis. Het hele najaar en winter was er niks aan de hand. Maar afgelopen weekend, met het zagen van hout, was het zover. Tot mijn afgrijzen was het normaal zo ontspannende bezigheid, nu een ware uitputtingsslag geworden. Het begon met hier en daar een knut deie voorbij kwam, maar al snel sloeg ik er een aantal dood op mijn arm.
Echter, hoe meer ik er doodsloeg, hoe meer ik er terugkreeg. Zou ik ze soms te zachtaardig doodslaan?

De knutjes waar we hier mee te maken hebben, zijn zo groot als een fruitvlieg, en rete irritant. De knut staat officieel te boek als Ceratopogonidae, en is een familie van muggen uit de orde tweevleugeligen.
Een kortstondig veldonderzoek heeft me niet veel wijzer gemaakt. Meer dan een kwartier heb ik een exemplaar van dichtbij gadegeslagen. Ze zoemen niet, ze steken wel, en vooral irriteren ze. Gezellig zijn ze wel. Onderlinge contacten worden goed onderhouden, hele groepen hangen voor de deur ergens boven het pad. Een soort van hangmug. Het ogenschijnlijk emotieloze koppie is wat klein ten opzichte van de lange Concorde-achtige gespikkelde vleugels. De voelsprieten geven de beestjes een bijna buitenaardse indruk.
‘Hallo, wat doet u hier?’ vraag ik beleefd terwijl er weer een in mijn nek landt. ‘Wat is jullie missie in MIJN nek?’ nu wat minder beleefd. MET WELK NUT …… Geen reactie. ‘PATS,’ klinkt mijn hand in mijn nek. Ik staar wat beduusd naar het knutje wat vast geplakt zit aan mijn hand, of althans...het overblijfsel ervan. Zie ik daar nog een grijns? Ik kijk om me heen. Het lijkt wel of er weer muggen zijn bijgekomen. Ik had het kunnen weten. Dat steekt.

Navraag bij de buurtjes leert ons dat onze nieuwe tuin-vrienden tot eind juli blijven en vooral actief zijn tussen 1800 en 2100 uur. Even afzien nog...